
In juni 2020 heeft BAAC een opgraving uitgevoerd aan de Broeksestraat, tussen de nummers 66a en 68, in Babyloniënbroek. De reden voor het onderzoek was de bouw van een nieuwbouwwoning ter plaatse. Tijdens een eerder uitgevoerd proefsleuvenonderzoek was een behoudenswaardige vindplaats vastgesteld.
In totaal is een bouwput van ca. 365 m2 onderzocht. Tijdens het onderzoek zijn kuilen, een greppel en een vondstconcentratie aangetroffen. De sporen zijn te dateren in de late middeleeuwen en zijn waarschijnlijk gevormd als gevolg van grondstofwinning. De aanwezigheid van zandige afzettingen in de ondergrond doet vermoeden dat het met name ging om de winning van zand. Botanisch onderzoek van de vulling van één van de kuilen heeft aanwijzingen voor voedselbereiding opgeleverd, in de vorm van verkoold graan. Tevens werd een pruimenpit aangetroffen.
Het binnen het onderzoeksgebied gewonnen zand kan bijvoorbeeld gebruikt zijn voor de productie van mortel of voor vlijlagen van in steen opgetrokken gebouwen. In Babyloniënbroek zijn enkele bakstenen gebouwen bekend uit de periode waarin de sporen dateren: de 14e-eeuwse kerk en ‘Het Fort’ uit de late 15e eeuw. Beide liggen ca. 500 m ten westen van het plangebied. Hoewel dit niet met zekerheid kan worden vastgesteld, is het zeker mogelijk dat het in het onderzoeksgebied gewonnen zand is gebruikt voor de bouw van (één van) deze gebouwen.
Naast sporen zijn tijdens het onderzoek ook vondsten aangetroffen. Het betreft voornamelijk aardewerk uit de late middeleeuwen maar er zijn ook oudere vondsten gedaan. De genoemde vondstconcentratie bevatte tien scherven uit de late bronstijd of midden ijzertijd. Het is dan ook goed mogelijk dat in de omgeving van het onderzoeksgebied prehistorische bewoning aanwezig is geweest.